De Karma Kagyu linie is een van de grote boeddhistische scholen van Tibet. Het is de linie van de directe mondelinge overdracht en meditatie heeft er een belangrijke focus. Door interactie met een gekwalificeerde leraar kun je er de aard van de geest direct en volledig leren ervaren.
De methoden van de Karma Kagyu linie zijn door de historische Boeddha Sakyamuni aan zijn naaste leerlingen gegeven. Later werden ze doorgegeven door de Indiase mahasiddha’s: Tilopa, Naropa en Maitripa en de beroemde Tibetaanse yogi’s Marpa en Milarepa.
De Karma Kagyu linie is een yogi-transmissie die zowel de ‘oude’, door Guru Rinpoche naar Tibet gebrachte boeddhistische lessen en transmissies, als de ‘nieuwe’ van Marpa omvat. De held Marpa bracht ze omstreeks 1050 vanuit India opnieuw naar Tibet. In de twaalfde eeuw gaf de monnik Gampopa de methoden door aan de eerste 1e Karmapa, die vervolgens door opeenvolgende incarnaties in staat was ze meer dan 900 jaar levend te houden. Tegenwoordig geven belangrijke lama’s (leraren) zoals Karmapa Thaye Dorje, Lama Ole Nydahl, Jigme Rinpoche en Sherab Gyaltsen Rinpoche deze ononderbroken traditie door als ze de Karma Kagyu centra bezoeken.
Omdat de school sterk op de praktijk is georiënteerd, wordt de linie de ‘mondelinge’ of ‘vervolmakende’ school genoemd. Haar kracht put ze uit de sterke verbinding tussen leraar en leerling. Er zijn vier grotere en acht kleinere scholen die zijn terug te voeren op de vier belangrijkste leerlingen van Gampopa. Tegenwoordig zijn de meeste scholen versmolten tot de Karma Kagyu linie, waarvan de Karmapa spiritueel leider is. Van de kleinere scholen hebben de Drugpa- en Drikung Kagyu een sterke aanhang in Bhutan en Ladakh. De Karma Kagyu wordt ook wel de Karma Kamtsang genoemd.
De Karma Kagyu school biedt praktische lessen die goed te gebruiken zijn in het dagelijks leven. Een breed aanbod aan methoden is toegankelijk voor leken en gevorderde beoefenaars om de volledige potentie en helderheid van de geest te ontwikkelen, door zowel meditatie als het behouden van de visie tijdens dagelijkse bezigheden. Het hoogste onderricht van de Karma Kagyu linie is Het Grote Zegel (Skt. Mahamudra) dat is gebaseerd op drie pijlers: niet-dogmatische lessen, meditatie-methoden en het verdiepen en versterken van de niveaus van inzicht die zijn gerealiseerd.
Elke gebeurtenis is volgens de Diamantweg echt en waar, omdat de geest zijn onbegrensde mogelijkheden laat zien. De Diamantweg werkt vanaf het niveau van oorzaak en gevolg en geïnspireerd inzicht en heeft als doel om elke ervaring om te zetten in onbevreesde wijsheid, spontane vreugde en daadkrachtige compassie. De Diamantweg past methoden toe voor totale identificatie met verlichting voor het snelste resultaat.
De oorsprong van de Karma Kagyu linie
Tibetaans boeddhisme is gebaseerd op het begrip ’transmissie’: het doorgeven van de leringen en methoden van leraar op leerling, die deze op zijn beurt weer overdraagt op zijn eigen leerlingen. Dit heeft geleid tot het ontstaan van een aantal linies: afstammingslijnen van dharma-wijsheid van een grote leraar op de volgende. Deze leraren zijn vaak bewust gereïncarneerde lama’s met afwisselende liniehouders. De liniehouders bewaren de transmissie gedurende de periode van het overlijden van een grote leraar tot zijn volgende incarnatie volwassen is.
De Karma Kagyu linie is een voorbeeld van zo’n afstammingslijn. De linie begint bij de grote yogi Tilopa die in de tiende eeuw in Noord-India leefde. Tilopa op zijn beurt kreeg onderricht van verschillende grote meesters, siddha’s, en ontving de vier bijzondere transmissies (Tib.: bka-babs-bzhi) en leerde die vervolgens volledig beheersen.
Hoewel er in historische verslagen tegenstrijdigheden bestaan over de identiteiten van de meesters die verbonden zijn met de vier transmissies, zijn er overeenkomstige aanwijzingen dat hun bronnen als volgt zijn: de eerste van de vier transmissies kwam van Nagarjuna en bestaat uit twee tantra’s: de Sangwa Düpa Tantra (Skt.: Guhyasamaya) en de Denshi Tantra.
Tot de eerste transmissie behoren ook ‘Illusoir lichaam’ (Tib.: sgyu-lus) en ‘Bewustzijnsoverdracht’ (Tib.: Pho-ba). De tweede bijzondere transmissie was afkomstig van Nakpopa en bevat de tantra ‘Gyuma Chenmo’ (Skt.: Mahamaya) en de oefening ‘Bewust Dromen’ (Tib.: rmi-lam). De derde bijzondere transmissie was afkomstig van Lawapa. Het bevat de ‘Demchok Tantra’ en de oefening ‘Helder Licht’ (Tib.: Od-gsal). De vierde werd overgedragen door Khandro Kalpa Zangmo en bevat de tantra ‘Gyepa Dorje’ (Skt.: Hevajra) en de oefening ‘Tumo’.
Deze transmissies werden door Tilopa overgedragen op Naropa en werden later gesystematiseerd als de ‘Zes Yoga’s van Naropa’. Het wordt gezien als een centraal thema in de Karma Kagyu linie. Naropa droeg zijn kennis over op Marpa, de grote vertaler, die van Tibet naar India reisde om instructies te ontvangen en vervolgens de dharma in Tibet verspreidde.
Marpa’s belangrijkste leerling, Milarepa, werd één van de grootste yogi’s (verwerkelijkers) van Tibet. Door zijn volharding bij de beoefening van Mahamudra en de Zes Yoga’s van Naropa, bereikte hij de volledige verlichting – de realisatie van de ultieme werkelijkheid.
Milarepa’s overdracht werd voortgezet door zijn leerling Gampopa, de arts uit Dagpo. Hij bestudeerde ook het zogeheten Lam Rim-onderricht, de geleidelijke weg uit de Kadampatraditie. Gampopa bereikte onder Milarepa’s begeleiding de verwerkelijking van de ultieme werkelijkheid. Hij vestigde monastieke instituten, gaf uitgebreid les en trok veel leerlingen aan. Vier van zijn volgelingen stichtten de vier grote Kagyu-scholen: Babrom Dharma Wangchuk stichtte de Babrom Kagyu, Pagdru Dorje Gyalpo stichtte de Pagdru Kagyu, Shang Tsalpa Tsondru Drag stichtte de Tsalpa Kagyu en Karmapa Düsum Khyenpa stichtte de Kamtsang Kagyu, ook wel bekend als de Karma Kagyu school. De 1e Karmapa, Düsum Khyenpa, ontving de volledige Mahamudra-overdracht van Gampopa.
De acht kleinere Kagyu-linies kwamen voort uit volgelingen van bovengenoemde leraren en hun scholen. Deze acht linies zijn de Taglun Kagyu, Trophu Kagyu, Drukpa Kagyu, Martsang Kagyu, Yerpa Kagyu, Shugseb Kagyu en Drikung Kagyu. De verschillende Kagyu-linies worden niet omschreven als groot en klein met betrekking tot de instructies die zij bevatten maar zijn in dat opzicht geheel gelijkwaardig.
De vier grote linies worden zo genoemd omdat zij hun oorsprong vinden bij Gampopa zelf, terwijl de acht kleinere linies hun oorsprong vinden bij latere generaties van meesters. Tegenwoordig komt van de vier grote Kagyu linies vooral de Karma Kagyu linie veelvuldig voor. Van de acht kleine Kagyu-linies bestaan alleen de Taglung, Drukpa en Drikung Kagyu nog zelfstandig.
Er zijn diverse transmissies te onderscheiden binnen elke linie. Maar alle grote boeddhistische tradities in Tibet hebben een linie van de Pratimoksha- en de Bodhisattva-geloften.
De gouden Kagyu-guirlande heeft betrekking op de meesters die houders zijn van de linie waarin Mahamudra het belangrijkste thema is. Het zijn de Indiase meesters en de opeenvolgende reïncarnaties van de Karmapa’s en hun belangrijkste studenten die de transmissies overdroegen tot op heden. Liniehouders werden verkozen door de Karmapa’s zodat de lessen gegarandeerd zuiver bleven.
Het was ook de Karmapa die een leraar aanwees om de linie weer aan hem over te dragen in zijn toekomstige Karmapa-incarnatie. Een Karmapa is een groot bodhisattva die de capaciteit heeft om de realisatie en kwaliteiten van anderen te zien, hierdoor kan hij zijn eigen leraar selecteren. Er is geen vaste regel die een leraar vooraf definieert. In sommige gevallen zijn de liniehouders vooraanstaande reïncarnaties en in andere gevallen uitzonderlijke beoefenaars zonder hoge status in de religieuze hiërarchie.
Een ander aspect van de Karma Kagyu linie is het interim leiderschap over de kloosters van de Karmapa tussen zijn reïncarnaties door. Deze zaakgelastigden zijn geen liniehouders. Bijvoorbeeld de 14e Karmapa, Thegchog Dorje, installeerde het hoofd van de Drugpa Kagyu, de 9e Drugchen Mipham Chökyi Gyamtso (ook wel bekend als Mingyur Wangi Gyalpo), als interimleider.
De 16e Karmapa installeerde overeenkomstig met de Indiase wet een wettelijk bestuursorgaan, de Karmapa Charitable Trust, en stelde vervolgens zelf de zaakgelastigden aan. De Karmapa Charitable Trust erkent Trinley Thaye Dorje als opvolger van de 16e Karmapa.